zaterdag 23 augustus 2014

Hoera, Maarten heeft een goede start!

Het nieuwe schooljaar is een week jong. Spannend hoor, als je bent blijven zitten: nieuwe klas, nieuwe leraren, vroegere klasgenoten waar je zo goed mee op kon schieten allemaal een jaartje verder.

Maarten is niet blij als in de laatste week van de zomervakantie het lesrooster op internet verschijnt. Voor bijna elk vak een andere leraar, drie extra lange dagen en zelfs nooit voor kwart over drie vrij, geen praktische tijdstippen beschikbaar voor de broodnodige extra begeleiding. Gelukkig volgt al snel een goed bericht: een meisje uit Maartens atletiekgroep komt bij hem in de klas. En nog een paar dagen later blijkt ook een vriend van Maarten – al sinds de peuterspeelzaal - in dezelfde klas te zijn ingedeeld!
Dat geeft Maarten genoeg houvast om positief te beginnen. Er zijn nog twee flinke hobbels te nemen. Op de eerste schooldag moet hij over zijn gedrag in gesprek met mentor, zorgcoördinator, ambulant begeleidster van het RENN4 en sectorleider. Een afspraak die de hele zomervakantie als een molensteen om Maartens nek hangt. Natuurlijk gaan zijn begeleidster en ik ook mee.
Tweede hobbel is het leerlingenvervoer. De eerste toekenning voor dit schooljaar is een ramp: Maarten moet één dag per week zelfstandig reizen en dan wordt half november bekeken of hij meerdere dagen zelfstandig kan reizen. Oeps. Maarten is in het vorige schooljaar één middag per week met de bus naar huis gereisd. Samen met een begeleidster. In dat schooljaar zijn we flink opgeschoten: meestal stapt hij nu al in de eerste of tweede bus die bij de halte arriveert. In het begin van het schooljaar waren alle bussen in zijn ogen te vol. Hij weet precies wat hij met zijn ov-chipkaart moet doen en hij hoeft niet meer helemaal afgeschermd te worden van de andere passagiers. Grote winst, maar het kost wel wat: er moet begeleiding bij zijn, er mogen geen onverwachte dingen gebeuren en na thuiskomst moet er ruimschoots gelegenheid zijn om bij te komen.

’s Morgens in het spitsuur met de bus naar school reizen is daarom echt nog een brug te ver. Het is dan zó druk, dat Maarten doodleuk een paar stappen opzij doet en niet instapt. Hij wacht wel op een wat legere bus. Die in het spitsuur natuurlijk niet komt. Dus veel te laat op school. En waar is de mogelijkheid om bij te komen van de spannende reis? Die is er niet – op school moet hij meteen aan het werk. En te laat zijn heeft ook vervelende consequenties.

Gelukkig blijken de hobbels geen hoge drempels, maar kleine rimpelingen in een glad oppervlak. Na overleg met de gemeente wordt de beschikking ingetrokken en komt er een nieuwe toekenning: één middag in de week oefenen met zelfstandig reizen; in februari overleggen hoe het gaat. De taxi’s komen de hele week keurig op tijd.
En het gesprek over Maartens gedrag valt reuze mee. We gaan met z’n allen positief het nieuwe schooljaar in. De in zijn ogen saaie introductiedag – want met hetzelfde programma als vorig jaar – valt letterlijk en figuurlijk in het water, zodat het toch niet saai is. De klasgenoten zijn reuze-aardig en na een paar dagen wordt Maarten beheerder van de nieuwe groeps-app. Elke middag stapt hij vrolijk het huis binnen. Ja, die leraar is aardig. Nee, die leraar lijkt hem niet leuk. Voor dat vak is al huiswerk. Moet ik echt zo vroeg naar bed? De bekende routine wordt snel opgepakt.


Het nieuwe schooljaar is een week jong. En Maarten ziet het zitten!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten