vrijdag 8 januari 2016

Hoera, de zorg wordt eenvoudiger! (deel 2)

Op dit moment staat de teller op vijf gesprekken met zes verschillende ambtenaren, ettelijke telefoongesprekken, een overgelopen mailbox, een stapel papier om u tegen te zeggen en ontoereikende indicaties. Een jaar na mijn blog ‘Hoera, de zorg wordt eenvoudiger!’ moet ik helaas concluderen dat er ontzettend veel dingen met de zorg zijn gebeurd in 2015, maar eenvoudiger is het bepaald niet geworden….

Regelmatig zijn er stevige debatten in kranten, op televisie en sociale media over politieke beslissingen. Mensen nemen tegenwoordig geen blad voor de mond, dus de reacties liegen er niet om. Politici kunnen alleen functioneren als ze een olifantshuid ontwikkelen, dus ik hoop dat zij er niet wakker van liggen. Ik weet in ieder geval zeker dat het vuilnis, de parkeergarages en de groenstroken waar het om gaat er niet wakker van liggen. En als het nieuwe beleid toch niet bevalt, dan wordt er na de zoveelste evaluatie wel wat aan gesleuteld. Geen probleem.

Binnen de zorg is dat juist wèl een probleem. Mensen zijn geen vuilnis. Mensen zet je niet zomaar bij het vuilnis. Het nieuwe beleid moet zorgvuldig worden opgesteld; problemen moeten meteen worden aangepakt. Niet eerst kijken hoe het gaat, vervolgens evalueren, dikke rapporten schrijven en dan misschien eens een aanpassinkje doen. In de zorg is het dan te laat. Dan zitten mensen achter de geraniums, zijn veelbelovende opleidingstrajecten in de kiem gesmoord, kunnen mensen met een beperking niet meer meedoen in de maatschappij.

Na een jaar ‘eenvoudiger zorg’ bevindt ons gezin zich in de volgende sores.
·         Een herindicatie voor Maarten die niet voldoet. Na zijn achttiende verjaardag in februari a.s. minder uren hulp. Tarieven die om te huilen zijn, zodat de zorgverleners 25 tot 65 (!) % van hun loon moeten inleveren. Een groter beroep op school, waar ze al tegen de grenzen van hun kunnen met Maarten aanlopen. Kan hij dan volgend jaar nog wel naar school? Krijgt hij nog wel genoeg hulp?
·         De indicatie van Maarten liep tot en met 12 december. De nieuwe indicatie loopt dus vanaf 13 december. Binnen deze nieuwe indicatie moet ik me aan de regels van de gemeente houden èn aan de verlaagde tarieven. Maar de Sociale Verzekeringsbank, die het beheer van de budgetten verzorgt, meldt dat zo’n verandering niet middenin de maand kan en pas op de 1e van de volgende maand ingaat. Dat betekent dat ik tientallen euro’s zelf bij moet leggen.
·         Sterker nog: ik mag waarschijnlijk honderden euro’s bijleggen, want de gemeente heeft wel de nieuwe indicatie vanaf 1 januari naar de Sociale Verzekeringsbank gestuurd, maar is het stukje van 13 tot en met 31 december een beetje vergeten.
·         Er komt een cliëntondersteuner binnen ons gezin die per versie van het gespreksverslag een andere taak krijgt. Eerst moet de ondersteuner uitzoeken hoe ik van de algemene voorziening schoonmaak gebruik kan maken, zodat ik geen persoonsgebonden budget meer nodig heb. We kunnen niet gebruik maken van de algemene voorziening en dat weet de gemeente al jaren. Inmiddels is de taak voor de cliëntondersteuner uitgebreid, weer ingetrokken, veranderd en ?
·         Over het gespreksverslag gesproken: dat gaat alleen over Maarten. Een heel klein beetje over de huishoudelijke hulp, maar dat moet er op last van de gemeentelijke juristen weer uit omdat dit over Maarten gaat. Mijn indicatie wordt dus gesteld zonder gespreksverslag. Geen wonder dat de gemeente opeens beweert dat er ondanks alle gesprekken, brieven, mails, evaluaties etc. niet voldoende informatie is om mijn indicatie te stellen.
·         Omdat ik blijf vasthouden aan een persoonsgebonden budget in plaats van zorg in natura en onze gemeente heeft besloten geen budgetten meer te verstrekken, staat tot mijn grote verrassing na een jaar overleggen hoe opeens weer het waarom (de noodzaak van de huishoudelijke hulp) ter discussie. De gemeente rekent na ruim zeventien jaar blijkbaar op een wonderbaarlijke genezing bij niet alleen mij maar ook bij de jongens. We moeten allevier toestemmingsformulieren tekenen zodat een extern bureau een onafhankelijk onderzoek naar ons kan doen en hiervoor overal en nergens informatie mag opvragen. Het bureau dat de opdracht krijgt, vermeldt groot op de website ‘binnen de regels van de opdrachtgever zoeken wij het optimale voor de cliënt’. Hoezo onafhankelijk?
·         En vandaag komen er twee – gelijkluidende - brieven voor Arjen. Hij moet dinsdagmorgen tussen negen en één uur thuis blijven, want ergens in die tijdsspanne komt er iemand van weer een ander extern bureau op bezoek om zijn indicatie met hem te bespreken. Pardon? We hebben toch al een gesprek in november gehad? We hebben al een cliëntondersteuner en een ‘onafhankelijk’ onderzoek. We hebben al…. Ach, laat maar zitten. De gemeente luistert en leest toch niet. De brieven zijn aan Arjen zelf gericht en hij moet zelf thuis zijn. Terwijl de gemeente drommels goed weet dat hij onder curatele staat, dus de brieven moeten naar mij en ik voer de gesprekken. En de deskundigheid van het bureau staat ook meteen ter discussie, als ze van iemand met een ernstige vorm van autisme verwachten dat hij zonder overleg wel eventjes rustig blijft wachten tot er ergens in zo’n ruime tijdsbepaling iemand komt…

Ik begrijp nu in ieder geval waarom de gemeente geld tekort komt om de zorgtaken goed uit te kunnen voeren. Dat geld gaat op aan het inhuren van externe bureaus en cliëntondersteuners, het voeren van onnodig ingewikkelde correspondentie, het herstellen van fouten, het afwikkelen van bezwaarprocedures en het inhuren van juristen die alle kromme ideeën van de gemeente weer recht moeten praten.

Zoals ik al zo vaak roep: waarom zou je de dingen gemakkelijk doen als ze ook moeilijk kunnen?????


Geen opmerkingen:

Een reactie posten